W. is peen, Daucus carota, die ontdaan is van het loof en na schoongewassen te zijn in de handel wordt gebracht. Bospeen waarvan het loof verrot of te rijp is geworden, wordt dikwijls als w. in de handel gebracht.
In tegenstelling tot breekpeen gebruikt men voor waspeen de fijne rassen.W. wordt op specifieke tuinbouwbedrijven geteeld. Rondom Amsterdam, waar de peen op een humeuze grond wordt geteeld, bedekt men in het najaar de bedden met grond. Van deze bedden wordt dan gedurende de winter geoogst.
Elders slaat men in de herfst de w. op in hopen en houdt deze vorstvrij. Men kan ook op deze wijze de peen tot ver in het voorjaar goed houden.
