Schijnbaar-paradoxale uitdrukking. Het toeval is naar zijn aard grillig, wars van regelmaat en als het op kleine schaal werkt brengt het tal van verrassingen.
Maar op grote schaal compenseren de grillen elkaar en het resultaat wordt veel stabieler. Als men met een zuiver geldstuk 10 maal kruis of munt werpt, kan het gemakkelijk gebeuren dat men 3 keer kruis, 7 keer munt krijgt. Hoe vaker men echter werpt, des te dichter zal de verhouding van het aantal kruis tot het aantal munt tot 1 naderen; bij 1000 worpen 487/513 zal de verhouding veel waarschijnlijker zijn dande verhouding 300/700. De afwijkingen van de limiettoestand kunnen zó onwaarschijnlijk worden, dat ze zo goed als nooit voorkomen en als ze mochten voorkomen zijn ze öf onwaarneembaar klein óf ze worden aan bijzondere storende oorzaken (b.v. vergissingen) toegeschreven. Het eindresultaat vertoont de trekken van strenge wetmatigheid.