Tot de fam. der Compositae behorende, overblijvende sierplanten. H. nudiflorum NUTT. grandicephalum LEMNE, ca 100 cm hoge, vaste plant met lancetlijnvormige, gaafrandige of iets getande bladeren, bloemhoofdjes met bruinrode schijf en iets bruingevlekte straalbloemen.
Hieronder de vorm ‘Julisonne’. H.-hybriden, ontstaan uit kruisingen van H. nudiflorum X H. autumnale, w.o. ‘Baronin Linden’, ca 100 cm, donkerbruin met brons;
‘Chipperfield Orange’, ca 150 cm, oranje met rood;
‘Ganensonne’, goudgeel met fluweelbruine schijf;
‘Riverton Gem’, ca 150 cm, schijf purperbruin, straalbloemen geel met bruine strepen;
‘Riverton Beauty’, citroengeel;
‘Crimson Beauty’, ca 50 cm, bronskleurig rood;
‘Moerheim Beauty’, ca 80 cm, intens bruinrood;
‘The Bishop’, boterbloemgeel.