Een blaas met een eigen wand en een vloeibare inhoud. In de eierstok kan soms een c. ontstaan, doordat het Graafsc blaasje niet tot barsting komt, maar blijft voortbestaan (z.
Brulkoe). Soms ook komen c. in de nieren e.a. organen voor. Ook beschermen lagere organismen zich in de vorm van een c. tijdelijk tegen ongunstige omstandigheden.