Inrichting voor het op kunstmatige wijze uitbroeden van eieren. De oudste machines waren klein; ze hadden een capaciteit van 100 a 200 eieren.
De capaciteit van de moderne broedmachines loopt tot ca 20.000 eieren. Als warmtebron wordt warm water of hete lucht gebruikt. Oorspronkelijk waren veel z.g. vlakbroeders in gebruik. Deze zijn vrijwel verdrongen door kast- of motorbroeders.