Groot denken is de denkactiviteit om consistent vanuit mogelijkheden naar een oplossing te zoeken.
In groot denken, het denken in mogelijkheden, komen drie vaardigheden van mensen en organisaties samen: kritisch denken, verbeeldingskracht en vindingrijkheid. Kritisch denken gaat over nieuwsgierigheid, een open geest en het vermogen om logische argumentaties te ontwikkelen en onlogische redenaties te herkennen en doorbreken. Verbeeldingskracht is het vermogen om in beelden te denken en het potentieel te zien in feiten en ontwikkelingen in de huidige situatie. Vindingrijkheid beschrijft het slim omgaan met beschikbare middelen en je niet laten stoppen door de middelen die ontbreken.
Kritisch denken, verbeeldingskracht en vindingrijkheid zijn kwaliteiten die in het huidige onderwijs steeds belangrijker worden, volgens onder meer onderwijsvernieuwer Ken Robinson . Dit verklaart waarom groot denken de komende jaren voor professionals in organisaties een steeds belangrijkere rol zal spelen in het werk. De term groot denken heeft ook een negatieve associatie. Het wordt vaak gezien als 'luchtfietserij' en 'geen oog hebben voor bezwaren en praktische details'. Groot denken wordt dan ten onrechte gekoppeld aan megalomane initiatieven. De kracht van groot denken in de samenleving is zichtbaar doordat er denkpatronen of routines worden doorbroken: mensen en organisaties werken samen aan een groter doel, zien nieuwe kansen en kijken op nieuwe manieren naar uitzichtloze situaties waardoor zij mogelijkheden benutten die zij tot nu toe over het hoofd zagen.
