Art & Architecture Thesaurus

Getty Research Institute (1990)

Gepubliceerd op 08-06-2019

toets (instrumentonderdeel)

betekenis & definitie

toets (instrumentonderdeel) - Hefboomachtige mechanismen die zijn vastgemaakt aan of een deel uitmaken van een muziekinstrument of andere geluidvoortbrenger en die functioneren als deel van het mechanisme dat rechtstreeks geluid produceert, zoals wanneer er lucht door een pijp wordt toegelaten of wanneer er gezorgd wordt dat een snaar wordt aangeslagen of getokkeld, of die, op een niet al te grote aërofoon, gebruikt worden om de toongaten te beheren die zonder hulp buiten bereik of te groot zijn voor de vinger.

< >