Lexicon Aardrijkskunde

Onbekende auteur (1983)

Gepubliceerd op 24-05-2021

Joegoslavië

betekenis & definitie

officiële naam Socijalistička Federativna Republika Jugoslavija

oppervlakte 255 804 km2

inwoners 22 344 000

hoofdstad Belgrado

staatsvorm socialistische

federatieve

republiek

staatshoofd Mika Spiljak

reg. leider Milka Planinc

officiële taal Servo-Kroatisch; Sloveens; Macedonisch

religies orthodoxe Kerken, rooms-katholieken, moslems, onkerkelijken,

atheïsten

munteenheid nieuwe Joegoslavische dinar

BNP/hoofd US$ 2 620

lid van VN, UNESCO, UNCTAD, WHO, FAO, ILO, ECE, GATT, IMF, Wereldbank

Landschap en klimaat

Joegoslavië ligt in Zuidoost-Europa op het Balkanschiereiland en grenst van noord naar zuid resp. aan Italië, Oostenrijk, Hongarije, Roemenië, Bulgarije, Griekenland, Albanië, Adriatische Zee. In het algemeen is het land bergachtig, met in het noordoosten een uitgestrekt laagland, de Pannonische Laagvlakte. De bergen zijn in het algemeen niet hoog: hoogste top is de Triglav (2863 m) in de Julische Alpen. De Dinarische Alpen zorgen voor een klimatologische scheiding tussen het mediterrane klimaat van Istrië, de Dalmatische kust en zuidelijk Macedonië en het gematigde landklimaat van overig Joegoslavië.

Sociale gegevens

De Joegoslavische bevolking bestaat uit Serven (40%), Kroaten (22%), Slovenen (8%), Albanezen (6%), Macedoniërs (6%), verder minderheden als Montenegrijnen, Hongaren en Turken. In vergelijking met andere Europese staten is de urbanisatiegraad relatief laag: het percentage van de stedelijke op de totale bevolking bedraagt slechts 37,1. Joegoslavië heeft een algemene leerplicht; het van staatswege verzorgde onderwijs is gratis. Van de bevolking van 15 jaar en ouder kan 85% lezen en schrijven. Er zijn 19 universiteiten en talloze instellingen voor hoger onderwijs.

Economische gegevens

Joegoslavië heeft traditioneel een agrarische economie, hoewel sinds WO II een niet onaanzienlijke industrialisatie heeft plaatsgehad. Het land heeft een socialistisch stelsel van eigendom van produktiemiddelen: uitgezonderd de landbouw is het eigendom volgens collectivistische beginselen geregeld. Ondanks dat hebben de bedrijven als afzonderlijke eenheden een grote mate van autonomie (o.a. arbeiderszelfbestuur) en vindt er in zekere mate concurrentie plaats. Van groot belang is de ijzer-, staal- en metaalindustrie, met als belangrijkste produkten machines, landbouwwerktuigen, auto's.

Joegoslavië is rijk aan delfstoffen, waaronder steenkool, bauxiet en nikkel. Een andere belangrijke bron van inkomsten is het toerisme. Het wegennet heeft een lengte van 111.920 km, het spoorwegnet van 9.909 km.

Geschiedenis

Servië, sinds 1389 deel van het Osmaanse Rijk, werd krachtens het verdrag van Berlijn (1878) een koninkrijk, evenals Montenegro. De moord op de Oostenrijkse troonopvolger Franz Ferdinand in juni 1914 te Sarajevo werd de aanleiding tot WO I, die eindigde met de ondergang van het Oostenrijks-Hongaarse Rijk. In 1918 werd het Koninkrijk der Serviërs, Kroaten en Slovenen uitgeroepen (na 1929 Joegoslavië geheten). Door de etnische verscheidenheid was er al van het begin af geen sprake van enige solidariteit en rezen er grote problemen. De twistpunten, zoals het vraagstuk federale of centrale staat, werden nog aangewakkerd door de moord op Kroatenleider Stefan Radiċ en de daarop door koning Alexander ingestelde dictatuur. Nadat ook deze vermoord was (1934), werd het land bestuurd door prins Paul. Tijdens WO II was het land verdeeld tussen Italië en Duitsland en was het verzet in handen der communisten. Na 1943 werden de partizanen (o.l.v. Tito) gesteund door de geallieerden. Na WO II behaalde Tito's Volksfront een grote verkiezingsoverwinning en werd het land op communistische grondslag georganiseerd. In 1953 werd een nieuwe grondwet aangenomen met een grote zelfstandigheid voor de deelstaten. Onder leiding van Tito heeft Joegoslavië altijd een zelfstandige koers binnen het communistische blok gevaren met veel contacten met het Westen.

Sinds de dood van Tito rouleert het presidentschap jaarlijks tussen de republieken. Joegoslavië worstelt met de grote rivaliteit tussen de republieken en enkele afscheidingsbewegingen daarbinnen. In de provincie Kosovo bijvoorbeeld werd in 1982 gedemonstreerd voor 'Kosovo republiek'.