Lexicon Aardrijkskunde

Onbekende auteur (1983)

Gepubliceerd op 24-05-2021

Bangladesh

betekenis & definitie

officiële naam People's Republic of Bangladesh

oppervlakte 143 998 km2

inwoners 89 940 000

hoofdstad Dacca

staatsvorm volksrepubliek

staatshoofd Abdulfazal Choudhury

reg. leider idem

officiële taal Bangla

religies moslems, hindoes

munteenheid taka

BNP/hoofd US$ 120

lid van VN, UNESCO, UNCTAD, WHO, FAO, ILO, ESCAP, Brits

Gemenebest, GATT, IMF, Wereldbank, Colombo Plan

Landschap en klimaat

Bangladesh ligt voor het grootste deel in het deltagebied van de rivieren de Ganges en de Brahmaputra, die het overwegend vlakke land met een laag vruchtbaar slib hebben bedekt. De delta lag vroeger meer westwaarts; de oude delta is dichtgeslibd en thans bedekt met bosvegetatie bekend (Sunderbans). In

het zuidoosten, het Chittagong Hill Tracts district, lopen bergketens met een hoogte tussen 500 en 1000 m. Bangladesh heeft een moessonklimaat. Van juni tot oktober waait de zuidwestmoesson, die in de kuststreek tussen 2000 en 3000 mm regen doet vallen. In het noorden, waar de luchtstroom moet stijgen, valt een neerslag van 3000 mm en meer. Het zuiden van het deltagebied heeft een iets geringere neerslag. Van mei tot oktober schommelt de temperatuur tussen 26 en 32°C, van oktober tot juni tussen 15 en 21°C.

De laaggelegen kustvlakten worden vaak geteisterd door wervelstormen, die tot diep in het binnenland vloedgolven kunnen veroorzaken.

Door de grote bevolkingsdruk bestaat in vele streken landhonger onder de boeren, waardoor de natuurlijke vegetatie voor een groot deel is verdwenen. Slechts ca. 16% van het land is nog bedekt met tropisch regenwoud. In sommige riviergebieden treft men moeras- en savannevegetatie aan, verder zijn er langs de kust vrij uitgestrekte mangrovebossen. Alle bekende diersoorten van het subcontinent zijn aanwezig; de tot huisdier gemaakte waterbuffel is ploegdier bij uitstek.

Sociale gegevens

Bangladesh heeft een vrij homogene bevolking; de Bengali vormen 98% van de bevolking, verder zijn er Bihari, Sjakmas, Moghs en enkele bergstammen.

Grootste steden van het dichtbevolkte land (7% van de totale bevolking woont in steden) zijn Dacca, Chittagong, Khulna en Rajshahi.

Van de bevolking van 15 jaar en ouder kan slechts 22% lezen en schrijven; nog niet de helft van het aantal kinderen in de leeftijdsklasse van 6-10 jaar gaat naar school. Dacca beschikt sinds 1921 overeen universiteit; in Mymensingh is een landbouwhogeschool. Ondanks het grote aantal analfabeten verschijnen talrijke dag-, week- en maandbladen, waarvan vele in het Engels. Radio is in het hele land te ontvangen, televisie slechts in grote steden.

Economische gegevens

Bangladesh is een overwegend agrarisch land, hoewel 'slechts' 64% van het land bebouwd wordt. Reden voor dit betrekkelijk lage percentage zijn de hoge ontwikkelingskosten die het ontginnen en geschikt maken van de grond voor de landbouw meebrengen. De industrie heeft zwaar geleden van de vrijheidsoorlog met Pakistan, toen tal van fabrieken, kantoren, werkplaatsen en woningen verwoest werden.

De jaarlijkse bevolkingsgroei van 2% is funest voor 's lands economie; het inkomen per hoofd van de bevolking behoort dan ook tot de laagste ter wereld. Belangrijkste uitvoerprodukten zijn thee, tabak, vis en jute, van welke laatste stof Bangladesh 80% van de wereldproduktie voor zijn rekening neemt. Voedsel maakt een belangrijk deel uit van de invoer.

Geschiedenis

Het voormalige hindoegebied werd in de 12e eeuw veroverd door de moslems. De Britten waren er heer en meester van de 18e eeuw tot 1947, toen

Oost-Bengalen als Oost-Pakistan deel ging uitmaken van de in dat jaar onafhankelijk geworden federatieve staat Pakistan. Het land beleefde gedurende de jaren zestig een spectaculaire economische groei, waarvan de baten voor het merendeel ten goede kwamen aan de Westpakistaanse elite en in geringe mate aan Oost-Pakistan. De verkiezingen die in 1970 in heel Pakistan werden gehouden, resulteerden in de absolute meerderheid van de Oostpakistaanse Awami Liga, welke partij onmiddellijk begon met het aanpakken van de uitbuiting en discriminatie door West-Pakistan.

Er volgden onderhandelingen tussen de West- en Oostpakistaanse leiders, o.a. over vrijwel volledige autonomie voor beide gebieden, die echter 25-3-1971 vastliepen. Toen het leger die nacht ingreep, verklaarde Oost-Pakistan zich de volgende dag als Bangladesh onafhankelijk.

De hierna volgende burgeroorlog kostte ca. 1 miljoen Oostpakistanen het leven en deed ca. 10 miljoen mensen naar India vluchten, dat eind november ten gunste van Bangladesh ingreep. De nederlaag van West-Pakistan betekende de oprichting van de onafhankelijke staat Bangladesh in december 1971. Waarnemend hoofd van de voorlopige regering werd Syed Nazrul Islam, gevolgd door Mujibur Rahman, die kort daarna premier werd.

Aan Rahmans tweede ambtsperiode (begonnen 25-1-1975) kwam op gewelddadige wijze op 15-8-1975 een eind. Maart 1982 schoof generaal Ershad de burgerregering opzij.