Gepubliceerd op 18-08-2020

Zegen (visscherij)

betekenis & definitie

Zein. Een zegen is een lang, smal net, waarvan de bovenpees van kurken en de onderpees van loodjes is voorzien.

In het midden van de lengte bevindt zich een kuil, een zak. Twee personen trekken de zegen stroomopwaarts, dan wordt één eind stilgezet en het andere eind rondgetrokken, zóó dat de einden samenkomen en de visch omsingeld is. De lengte bedraagt voor zalmzegens 500—600 meter; de hoogte 5 meter. Elftzegens zijn 300 bij 5 meter. Bij de kleine visscherij zijn de zegens veel kleiner. Het vaartuigje, waarmede de zegen wordt uitgebracht, heet zegenaak. Men vischt aan de kust met de zeevischzegen of surrevaad op geep, ansjovis en haring.