Indien verscheidene personen voor eenzelfde schuld borg zijn gebleven, dan heeft de schuldeischer, in geval van wanbetaling, het recht, één van hen aan te spreken voor de geheele schuld. De aangesprokene heeft echter het recht van schuldsplitsing, tengevolge waarvan de schuld moet worden omgeslagen over alle borgen (art. 1874 B.W.).
Gewoonlijk wordt bij het aangaan der overeenkomst van de borgen verlangd, dat zij afstand doen van het recht van schuldsplitsing en van uitwinning, d.w.z., dat de schuld eischer niet behoeft te beginnen, met den schuldenaar failliet te doen verklaren(recht van uitwinning) en ook niet alle borgen, ieder voor hun deel, behoeft aan te spreken (recht van schuldsplitsing). Hij kan dan één der borgen voor de betaling van de schuld laten opkomen.