terugvallen - Werkwoord
1. ergatief een bereikte hogere positie weer op moeten geven
♢ Hij was de glibberige rots een stukje opgeklommen maar hij gleed uit en viel terug.
2. ergatief figuurlijk een bereikte hogere positie weer op moeten geven
♢ Door dat oponthoud was hij flink op de ranglijst teruggevallen.
Woordherkomst
samenstelling van terug(bijwoord) en vallen(werkwoord)
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk
Bronnen
Bronnen: