tegenover - Voorzetsel
1. aan de overzijde van
♢ Tegenover de supermarkt staat een bankgebouw.
tegenover - Bijwoord
1. bijwoordelijk deel van een scheidbaar werkwoord (tegenoverstellen)
♢ Hij stelde daar wel iets tegenover.
2. prepositioneel deel van een voornaamwoordelijk bijwoord
♢ Het bankgebouw staat er schuin tegenover.
Woordherkomst
samenstelling van tegen(bijwoord) en over (voorzetsel)
Verwante begrippen
aan de overkant van, versus
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk
Bronnen
Bronnen: