Gepubliceerd op 04-12-2017

onblusbaar

betekenis & definitie

onblusbaar - Bijvoeglijk naamwoord
1. van een brand dat die niet te doven is door blussen
Door de grote hitte, de langdure droogte en de harde wind waren de bosbranden onblusbaar geworden.

Woordherkomst
afleiding van blusbaar met het voorvoegsel on-

Antoniemen
blusbaar