minstreel - Zelfstandignaamwoord
1. (middeleeuwen), (cultuur), (muziek), (verouderd) een in het Zuid-Frankrijk van weleer, langs kastelen en vorstenhoven rondreizend kunstenaar, musicus, zanger van liederen en voordrager van gedichten, balladen e.d.
♢ Nog lang bleef het eigenaardige gezang van de minstreels in haar hoofd naklinken.
2. (cultuur), (muziek), (verouderd) een langs herbergen, jaarmarkten rondtrekkend artiest, muzikant, zanger van liedjes en komediant
♢ Met z'n grappen en vrolijke wijsjes bracht de minstreel het publiek in een uitgelaten stemming.
Synoniemen
[1] bard, fili, jongleur, rapsode, skald, speelman, troubadour, trouvère
[2] straatmuzikant
Verwante begrippen
[1] ballade, dichtkunst, hofcultuur, hoofsheid, muziek, verhaal, vertelling, voordracht, [2] amusement, clown, goochelaar, jongleur, nar, draaiorgelman, vermaak, vertier
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk
Bronnen
Bronnen: