Gepubliceerd op 04-12-2017

kleintje

betekenis & definitie

kleintje - Zelfstandignaamwoord
1. een persoon van klein formaat, kind, peuter
Pas jij even op de kleintjes?
2. een zaak van klein formaat
We hebben alleen wat aan die flinke schelpen, gooi die kleintjes maar weer terug.
3. kleine bedragen, klein geld
Als je niet op de kleintjes let, ben je zo armpie af.