gebrul - Zelfstandignaamwoord
1. het lawaai dat vooral roofdieren met hun adem maken
♢ Het gebrul van de leeuw was van een grote afstand te horen.
2. (figuurlijk) lawaai dat mensen kunnen maken en lijkt op het brullen van wilde dieren
♢ Het gebrul van de voetbalfans na het maken van een doelpunt was oorverdovend.
Woordherkomst
Naamwoord van handeling van brullen met het voorvoegsel ge-
Synoniemen
gebulder
Verwante begrippen
gekrijs, geloei, geschreeuw
Gepubliceerd op 14-11-2017
gebrul
betekenis & definitie