Definities van Nederlandstalige WikiWoordenboek in de Ensie W
- weerklinken/vervoeging
- weerklinkt
- weerklonk
- weerklonken
- weerkom
- weerkomen
- weerkundig
- weerkundige
- weerkundigen
- weerkundiger
- weerkundigere
- weerkundigers
- weerkundigs
- weerkundigst
- weerkundigste
- weerkwam
- weerkwamen
- weerlam
- weerlammeren
- weerlammetje
- weerlammetjes
- weerleg
- weerlegd
- weerlegde
- weerlegden
- weerleggen
- weerleggend
- weerlegging
- weerlegginkje
- weerlegginkjes
- weerlegt
- weerlicht
- weerlichten
- weerlichtend
- weerlichtje
- weerlichtjes
- weerlichtte
- weerloos
- weerloosheden
- weerloosheid
- weerloost
- weerlooste
- weerloze
- weerlozer
- weerlozere
- weerlozers
- weermacht
- weermachtje
- weermachtjes
- weerman
- weermannen
- weermannetje
- weermannetjes
- weermiddel
- weermiddelen
- weermiddeltje
- weermiddeltjes
- weernat
- weerogen
- weerom
- weeromgekeerd
- weeromgekomen
- weeromkeer
- weeromkeerde
- weeromkeerden
- weeromkeert
- weeromkeren
- weeromkom
- weeromkomen
- weeromkomend
- weeromkomt
- weeromkwam
- weeromkwamen
- weeromstuit
- weeroog
- weeroogje
- weeroogjes
- weerpijn
- weerpijnen
- weerpijntje
- weerpijntjes
- weerplicht
- weerplichtje
- weerplichtjes
- weerprofeet
- weerprofeten
- weersatelliet
- weersatellieten
- weerscheen
- weerschenen
- weerschepen
- weerschijn
- weerschijnen
- weerschijnend
- weerschijnsel
- weerschijnt
- weerschip
- weersgesteldheden
- weersgesteldheid
- weerskanten
