Definities van Nederlandstalige WikiWoordenboek in de Ensie W
- weervoorspelling
- weervoorspellingen
- weervrouw
- weervrouwen
- weervrouwtje
- weervrouwtjes
- weerwerk
- weerwerking
- weerwerkingen
- weerwerkinkje
- weerwerkinkjes
- weerwerkje
- weerwerkjes
- weerwijs
- weerwijze
- weerwil
- weerwolf
- weerwolfje
- weerwolfjes
- weerwolven
- weerwoord
- weerwoorden
- weerwoordje
- weerwoordjes
- weerzagen
- weerzeggen
- weerzie
- weerziek
- weerzieke
- weerzien
- weerziend
- weerziet
- weerzin
- weerzinnetje
- weerzinnetjes
- weerzinwekkend
- weerzinwekkende
- weerzinwekkender
- weerzinwekkendere
- weerzinwekkenders
- weerzinwekkends
- weerzinwekkendst
- weerzinwekkendste
- wees
- wees aan
- wees af
- wees na
- wees terecht
- wees terug
- wees toe
- wees uit
- wees weg
- weesblad
- weesbladen
- weesembryo
- weesembryo's
- weesembryootje
- weesembryootjes
- weesfiets
- weesfietsen
- weesfietsje
- weesfietsjes
- weeshuis
- weeshuisje
- weeshuizen
- weesje
- weesjes
- weesjongen
- weesjongens
- weesjongetje
- weesjongetjes
- weeskind
- weeskinderen
- weeskindje
- weeskindjes
- weesmeisje
- weesmeisjes
- weespijp
- weespijpen
- weespijpje
- weespijpjes
- weest
- weeste
- weeswarmte
- weeswarmtetje
- weeswarmtetjes
- weeszondag
- weeszondagen
- weet
- weet af
- weetal
- weetallen
- weetalletje
- weetalletjes
- weetgierig
- weetgierige
- weetgieriger
- weetgierigere
- weetgierigers
- weetgierigs
