Definities van Nederlandstalige WikiWoordenboek in de Ensie H
- hooploper
- hooplopers
- hooplopertje
- hooplopertjes
- hoopt
- hoopt op
- hoopte
- hoopte op
- hoopten
- hoopten op
- hoopvol
- hoopvolle
- hoopvoller
- hoopvollere
- hoopvollers
- hoopvols
- hoopvolst
- hoopvolste
- hoor
- hoor aan
- hoor thuis
- hoor uit
- hoorapparaat
- hoorapparaatje
- hoorapparaatjes
- hoorapparaten
- hoorbaar
- hoorbaarder
- hoorbaardere
- hoorbaarders
- hoorbaars
- hoorbaarst
- hoorbaarste
- hoorbare
- hoorbuis
- hoorbuizen
- hoorcollege
- hoorcolleges
- hoorde
- hoorde thuis
- hoorde uit
- hoorden
- hoorden aan
- hoorden thuis
- hoorden uit
- hoorder
- hoorders
- hooren
- hoorn
- Hoorn van Afrika
- hoornaar
- hoornaars
- hoornaartje
- hoornaartjes
- hoornachtig
- hoornachtige
- hoornachtiger
- hoornachtigere
- hoornachtigers
- hoornachtigs
- hoornachtigst
- hoornachtigste
- hoornantenne
- hoornantennes
- hoornantennetje
- hoornantennetjes
- hoorndol
- hoorndolle
- hoorndols
- hoornen
- hoornens
- hoorngeschal
- hoornist
- hoornisten
- hoornistje
- hoornistjes
- hoornlaag
- hoornlaagje
- hoornlaagjes
- hoornlagen
- hoornloos
- hoornlooste
- hoornloze
- hoornlozer
- hoornlozere
- hoornlozers
- hoorns
- hoornslak
- hoornslakje
- hoornslakjes
- hoornslakken
- hoorntje
- hoorntjes
- hoornvee
- hoornvlies
- hoornvliezen
- hoorspel
- hoorspelacteur
- hoorspelacteurs
- hoorspelacteurtje
