Definities van Nederlandstalige WikiWoordenboek in de Ensie H
- hoorspelacteurtjes
- hoorspelen
- hoorspelletje
- hoorspelletjes
- hoorspelregisseur
- hoorspelregisseurs
- hoorspelregisseurtje
- hoorspelregisseurtjes
- hoort
- hoort aan
- hoort thuis
- hoort uit
- hoortoestel
- hoortoestellen
- hoorzitting
- hoorzittingen
- hoorzittinkje
- hoorzittinkjes
- hoos
- hoosbui
- hoosbuien
- hoosbuitje
- hoosbuitjes
- hoosden
- hoosje
- hoosjes
- hoost
- hop
- hope
- hopelijk
- hopeloos
- hopeloosheden
- hopeloosheid
- hopeloost
- hopelooste
- hopeloze
- hopelozer
- hopelozere
- hopelozers
- hopen
- hopen op
- hopend
- Hopi
- hopje
- hopjes
- hoplieden
- hoplui
- hopman
- hopmannen
- hopmannetje
- hopmannetjes
- hopmans
- hoppa
- hoppen
- hoppend
- hopper
- hopt
- hopte
- hopten
- hor
- hora
- hora's
- hord
- hordde
- hordden
- horde
- hordeloop
- hordelopen
- hordelopend
- horden
- hordend
- hordes
- hordt
- hore
- horeca
- horeca-etablissement
- horeca-etablissementen
- horecabedrijf
- horecabedrijfje
- horecabedrijfjes
- horecabedrijven
- horecamedewerker
- horecamedewerkers
- horecamedewerkertje
- horecamedewerkertjes
- horecamedewerkster
- horecamedewerksters
- horecamedewerkstertje
- horecamedewerkstertjes
- horen
- horen aan
- horen thuis
- horen uit
- horend
- horens
- horentje
- horentjes
- horig
- horige
- horigen