afkomen - Werkwoord
1. ergatief op iemand ~: iemand -soms dreigend- benaderen
2. ergatief ~ van: van een probleem bevrijd worden, kwijtraken
♢ Hij zal niet gemakkelijk van die schulden afkomen.
3. ergatief ~ van: zijn oorsprong vinden, afstammen
♢ Volgens mij komt dat van de Byzantijnen af.
4. toegewezen of betaald worden
♢ Die late betaling kwam eindelijk af.
5. naar beneden komen, weg komen, langs komen
♢ Hij kwam de trap af
6. officieel bekend gemaakt worden
♢ Deze benoeming zal spoedig afkomen
7. op bezoek komen, langskomen
♢ Ik kom morgen eens af
Woordherkomst
samenstelling van af(bijwoord) en komen(werkwoord)
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk
Bronnen
Bronnen: