Gepubliceerd op 16-11-2020

Kaafvager(tje) Kavevager(tje) Kaafnachte(r)gaal

betekenis & definitie

Westvlaamse naam voor de Zwarte Roodstaart [De Bo 1873//1892; WVD 1996]. Het woord betekent eigenlijk 'schoorsteenvegertje)', waardoor het overeenkomt met limburgs Schjorsteinvègerke en limburgs en vlaams Schouwveger(tje) ←; het benoemingsmotief is dat de Zwarte Roodstaart dikwijls op de schoorsteen zit en bijna geheel zwart van kleur is.

Bovendien trilt hij met zijn staart, alsof hij een vegende beweging maakt.Het element -nachtegaal komt ook voor in zijn volksnamen Blessenachtegaal, Muurnachtegaal en Steennachtegaal; de soort zingt graag in de schemering.

ETYMOLOGIE mnl caefvager 'schoorsteenveger' [MH 1932]; zuidNkaaf, kave 'rookvang, schouw, schoorsteen' <mnl/vlaams cave (1446) <Lat cava, cavus 'bnw. hol' [VT] (NEW: <Lat cavea 'getraliederuimte').

Voor de etymologie van schouw, dat bijna op dezelfde manier aan het Lat ontleend is, zie sub Schouwvegertje.

Zeeuws/westvlaams vagen <mnl vagen 'vegen, reinigen' (c.1265); vagen staat in ablaut naast vegen. [NEW 1992; VT 2000; Weijnen 1996]