katholiek theoloog en politicus, geb. 12 Febr. 1817 te Mainz, studeerde te Bonn en München eerst in de medicijnen, vervolgens in de theologie, werd 1839 priester gewijd, 1851 regent van het seminarie te Mainz, 1854 kanunnik en kwam 1862 als vertegenwoordiger van den bisschop van Mainz in de hessische Eerste kamer. In 1868 werd hij als consultor voor de voorbereidende werkzaamheden van het Vaticaansch concilie naar Rome ontboden.
Sedert 1871 was M. lid van den duitschen Rijksdag, waar hij zich bij het centrum aansloot en levendig deelnam aan de kerkelijk-politieke debatten. Na den dood van den bisschop van Mainz, vrijheer von Ketteler (1877), werd M. tot bestuurder van het bisdom tijdens de vacature gekozen; hij bestuurde het bisdom tot 1886 en werd 1887 weer regent van het seminarie; hij overl. 27 Febr. 1890 te Mainz. M. publiceerde o. m.: Aktenstücke betreffend die Jesuiten in Deutschland (Mainz 1872), Die Mainzer Katechismen von Erfindung der Buchdruckerkunst bis zum Ende des 18 Jahrhunderts (ald. 1878), Kath. Katechismen des 16. Jahrh. in deutscher Sprache (ald. 1881); met Henrich redigeerde hij den te Mainz verschijnenden „Katholik”.
