(werkwoord)
[alg.] bemachtigen, bekomen, verkrijgen, kopen, te pakken krijgen; succes hebben
- Heb je de nieuwe Geert Mak al bemachtigd?
- Astrid Nijgh had enorm succes met 'Ik doe wat ik doe'.
[seks] versieren, oppikken
- De student zei tegen zijn vriendjes dat hij er gisteren een versierd had, maar hij was gewoon op visite bij zijn tante.
[narcotica] op de kop tikken; spuiten, snuiven
- Hij had een voorraadje op de kop getikt, zodat hij weer een tijdje kon snuiven.
- Heb je nog kunnen snuiven vandaag?
[statistiek] turven
- Hij turfde enkele dagen het aantal passeerde auto's op deze weg.
[sport] een doelpunt maken, treffen
- Ondanks de ijzersterke verdediging en een puike doelvrouw lukte het de Leeuwinnen vier maal een doelpunt te maken.