Op-en-top Nederlands

Frens Bakker, Els Ruijsendaal, Paul Uljé, Dick van Zijderveld (2022)

Gepubliceerd op 11-04-2022

jack

betekenis & definitie

(zelfstandig naamwoord)

[kleding] jek, jekker, jasje

- Op een brommer zit een jek lekkerder dan een lange jas.

[elektr.] eenpinsstekker

- Het luidsprekertje is met een kabeltje met eenpinsstekkers aan de pc aangesloten.

< >