Definities van Groot woordenboek der Nederlandse taal in de Ensie P
- Pakdoek
- Pakdrager, pakkedrager
- Pakean
- Paket
- Paketboot
- Paketvaart
- Paketvaartmaatschappij
- Paketvaartuig
- Pakezel
- Pakfong
- Pakgaren
- Pakgeld
- Pakgereedschap
- Pakgerei
- Pakgoed
- Pakhaai
- Pakhaak
- Pakhameren
- Pakharden
- Pakhooi
- Pakhuis
- Pakhuisbaas
- Pakhuisbewaarder
- Pakhuishuur
- Pakhuisknecht
- Pakhuislijn
- Pakhuismeester
- Pakhuisruimte
- Pakijs
- Pakje
- Pakjesdrager
- Pakjesgoed
- Pakkamer
- Pakkelder
- Pakkeman
- Pakken
- Pakkendrager
- Pakker
- Pakkerd
- Pakkerij
- Pakkersveem
- Pakkertje
- Pakket
- Pakketijzer
- Pakketje
- Pakketpost
- Pakketteren
- Pakketweger
- Pakking
- Pakkingaanzetter
- Pakkingbus
- Pakkingkraan
- Pakkingmateriaal
- Pakkingring
- Pakkingsleutel
- Pakkingstoffen
- Pakkingveer
- Pakkingzuiger
- Pakkist
- Pakknecht
- Pakkoopman
- Pakkorf
- Pakkosten
- Paklaag
- Paklinnen
- Pakloods
- Pakloper
- Pakmachine
- Pakmand
- Pakmat
- Pakmatje
- Pakmeester
- Pakmeisje
- Paknaald
- Pakpaard
- Pakpapier
- Pakpers
- Pakriem
- Pakruimte
- Pakschouw
- Pakschuit
- Paksingel
- Pakspeld
- Pakster
- Pakstijfsel
- Pakstro
- Pakstrop
- Pakteen
- Pakton
- Paktouw
- Pakwagen
- Pakwerk
- Pakzadel
- Pakzoentje
- Pakzolder
- Pal
- Paladijn
- Palaemon
- Palaeo
- Palaeobiologie