• Home
  • Inloggen
  • Onderwijs
  • Over
  • Geschiedenis
  • Kiosk
  • Contact
  • Manifest

ENCYCLOPEDIE SINDS 1946

 

Synoniemen zoeken

Synoniem van bom

  • bommoeder
  • bomvrouw
  • explosief
  • granaat
  • ontplofbaar
  • projectiel
  • raketten
  • spon
Synoniem van 'n ander trefwoord
  • bommoeder
  • bomvrouw
  • Betekenis van bom
  • Spreekwoorden met bom
  • Spelling van bom
  • bom vervoegen
2019-10-17 2019-10-17
Groot Synoniemenwoordenboek

Groot Synoniemenwoordenboek

P.G.J. van Sterkenburg (1991)

bom

bom - groot projectiel met een explosieve of brandbare lading, dat door een vuurwapen wordt afgeschoten of door een vliegtuig wordt neergeworpen. Een fragmentatiebom of splinterbom bevat een groot aantal kleinere bommen met elk weer een groot aantal kogeltjes. Brisantbommen vernielen in snel tempo door een schokgolf. Onder water varende onderzeeboten bestrijdt men met een dieptebom. Van kneedspringstof en een ontsteker wordt de kneedbom, plasticbom of plastiekbom geïmproviseerd. Bij ontploffing komt er uit een traangasbom traangas vrij. Als de explosieve kracht van de bom berust op kernsplijting of kernfusie, spreken we van een kernbom, atoombom, Abom, kernwapen of atoomwapen. Een atoomkop of kernkop wordt per vliegtuig vervoerd. De kracht van de waterstofbom of H-bom berust op kernfusie. De directe straling van een neutronenbom, neutronenwapen of neutronengranaat bestaat grotendeels uit neutronen, die in levende organismen grote schade aanrichten maar gebouwen en dergelijke intact laten. De lading van een brandbom is brandbaar: fosfor bij een fosforbom, kerosine bij een kerosinebom en napalm bij een napalmbom. Zie verder: trucbom.

2017-11-14 2017-11-14
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

bom

bom - zelfstandig naamwoord

1. voorwerp dat kan ontploffen
♢ er is een bom in het vliegtuig gevonden
1. het nieuws sloeg in als een bom
[iedereen was er verbijsterd over]
2. na een dag barstte de bom
[toen konden ze zich niet langer inhouden]

Algemene uitdrukkingen:
1. een zure bom
[een grote zure augurk]
2. een bom duiten
[een grote hoeveelheid geld]
3. een bommetje
[sprong in het water met opgetrokken knieën om zoveel mogelijk water te laten opspatten]
Zelfstandig naamwoord: bom
de bom
de bommen
het bommetje

ENCYCLOPEDIE SINDS 1946

  • Home
  • Inloggen
  • Onderwijs
  • Over
  • Geschiedenis
  • Kiosk
  • Contact
  • Manifest
  • Word vriend
  • Woorden beginnend met
  • Synoniemen
  • Spreekwoorden
  • De of Het
  • Schrijvers
  • Afkorting
  • Vervoegen
© 2025 Ensie | Hosted by Rootnet

Inloggen

Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.

Toevoegen aan favorieten?

Favorieten

Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:

  • Je eigen Ensie account
  • Direct toegang tot alle zoekresultaten
  • Volledige advertentievrije website
  • Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk

Klik hier om vriend te worden