Scheldwoordenboek

Marc de Coster (2007)

Gepubliceerd op 02-01-2020

kloot

betekenis & definitie

vervelende, saaie, onaangename vent. In oude kluchten wordt dit woord veelal in samenstellingen aangetroffen: een arme, domme, saaie enz. kloot.

Kloot, (stud.), vervelend, onaangenaam of onbeduidend mensch. (Taco De Beer & Dr. E. Laurillard, Woordenschat, 1899)

Ofwel zijt gij een geslepen leugeneer, ofwel zijt gij de onnoozelste kloot die hier ooit in den amigo gezeten heeft. (Ernest Claes, Kobeke, 1933)

Nu rest hem het isolement, weg van de domme kloten. (Vrij Nederland, 30/08/2003)