Een bore-out is het tegenovergestelde van een burn-out en ontstaat uit verveling. Een bore-out kan ontstaan door verveling op het werk, dat ook weer te maken kan hebben met teveel routinematig werk of werk doen dat onder het eigen niveau ligt. Klachten zijn o.a. oververmoeidheid en depressiviteit.
Een bore-out ken twee dimensies: kwalitatief (werken onder je niveau, weinig uitdagende werkzaamheden, teveel routinematig werk) en kwantitatief (te weinig te doen hebben, je vervelen). Gevoelens van waardeloosheid, depressiviteit en oververmoeidheid zijn het gevolg. De symptomen kunnen net zo erg zijn als bij een burn-out, er is echter een stuk minder aandacht voor de bore-out.
Waar mensen met een burn-out vaak te zeker van zichzelf zijn en teveel dingen te gelijk doen, hebben mensen die gevoelig zijn voor een bore-out juist te maken met angst en onzekerheid; het niet durven doorgroeien of het niet durven om op zoek te gaan naar een nieuwe uitdaging, en daardoor het accepteren van verveling in ruil voor zekerheid bij de huidige werkgever. Hoe langer iemand in een dergelijke situatie zit, des te moeilijker is het om ook weer uit zo'n situatie te komen en jezelf te activeren.
Het is dus belangrijk om weer actief op zoek te gaan naar uitdagingen. Dit kan in het werk zijn maar ook in een nieuwe opleiding of iets in de privésfeer. Ook kan bewegen een grote rol spelen in het weer cognitief actief worden.
Er zijn verschillende onderzoeken gedaan naar verveling op het werk. Cijfers van verveeldheid op het werk variëren van 25% tot 87% (van Hooff & van Hooft, 2014).
