Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 10-01-2019

Koptische taal

betekenis & definitie

Koptische taal, - sedert de 3e eeuw door de tot het Christendom bekeerde Egyptenaren gesproken, is de jongste vorm der Egyptiscne taal. Het wordt geschreven met het Grieksche alphabet, aangevuld met eenige letterteekens uit het Demotisch. In vorm en zins-wending staat het zeer dicht bij het Nieuw-Egyptisch, de taal van het Nieuwe Rijk. Ongeveer in de 16e eeuw is het Koptisch uitgestorven en maakt het plaats voor het Arabisch.

Alleen in de voor den eeredienst gebezigde werken wordt het nog heden gebruikt, maar niet verstaan; zoodat men, om daaraan tegemoet te komen, bij deze teksten meestal Arabische vertalingen voegde. De letterkunde is van kerkelijken aard blijkens de vertaling van den bijbel, levens van heiligen, preeken enz.; dit alles is uit het Grieksch overgezet. Daarnaast heeft men slechts enkele werken van anderen inhoud, zooals de fragmenten van den Alexanderroman, een geschrift over geneeskunde, benevens brieven, rekeningen en contracten. Het Koptisch bestaat uit verschillende dialecten, waarvan de volgende de voornaamste zijn: 1) Het Sahidisch in Boven-Egypte. 2) Het Achmimsch, in den omtrek van Achmim, later door het Sahidisch verdrongen. 3) Het Fayumisch in de Fayum. 4) Het Memphitisch in Memphis. 5) Het Boheirisch in Alexandrië en omstreken. — De eerste plaats onder de kenners van het Koptisch nam de Russische geleerde O. van Lemm in. Daarnaast mogen vooral genoemd worden Zoega, Stern, Erman, Steindorff, Hyvernat en Crum. Stern schreef een Koptische Grammatica, waarin vooral het Bohenisch werd behandeld. Steindorff gaf er een uit in de „Porta linguarum orientalium”.