Binnenbeloop

betekenis & definitie

Binnenbeloop. Van een waterkeerenden dijk noemt men de zijde, welke ligt langs het water, dat gekeerd wordt, de buitenzijde van den dijk, de andere zijde de binnenzijde. Het talud van den dijk, naar het water toegekeerd, noemt men het buitentalud of buitenbeloop, het andere het binnentalud of binnenbeloop. Ligt langs den dijk aan den voet of hooger tegen den dijk een berm, dan onderscheidt men ook hierbij een buitenberm en een binnenberm en zoo noemt men de sloot, welke in sommige gevallen langs de landzijde van den binnenberm is gelegd, de binnenbermsloot. Het b. van een dijk maakt men over het algemeen steiler dan het buitenbeloop, het wordt meestal niet verdedigd en is met gras begroeid.