Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 17-01-2019

Altichiero

betekenis & definitie

Altichiero - ook Alighieri da Zevio geheeten, Ital. schilder vooral van fresco’s, geb. omstreeks 1320, gest. omstreeks 1385 te Zevio bij Verona. A. is de grondlegger van de Oud-Veroneesche school, waarvan de gewichtigste werken te Verona en Padua zijn te vinden. Te Verona is met zekerheid slechts het fresco van de ridders te paard in Sta Anastasia aan hem toe te schrijven (na 1380). In Padua heeft A. het grootste deel van de fresco’s in de Capella S. Felice in den „Santo” en een deel van de fresco’s in het Oratorio d. S. Giorgio geschilderd.

Wij weten, dat A. verschillende groote werken uitvoerde en de leermeester is geweest van Jacopo Avanzo, met wien hij samenwerkte; trouwens de school van A. bespeurt men nog in vele werken in de kerken van allerlei plaatsen aan den Brennerpas. A. behandelt zijn voorstellingen schilderachtiger, met meer nadruk op de lokaliteit, op de binnenarchitectuur,die hij voorstelt, dan b.v.Giotto en diens leerlingen. Hij heeft ook een neiging tot het weergeven van kleinere, schilderachtige bijzaken en toevalligheden en zoo wordt hij in veel opzichten een voorlooper van de Venetianen, zooals ze door Carpaccio en Jacopo Bellini vertegenwoordigd zijn. Vaak valt in zijn werk de nadruk niet op de hoofdpersonen, maar, zooals men het heeft uitgedrukt, op de figuranten. Reeds daardoor zoekt men in zijn werk tevergeefs de heldere rust van Giotto’s composities. — Vgl. Schubring, Altichiero und seine Schule, ein Beitrag zur Gesch. der Oberitalienischen Malerei im Trecento. Leipzig 1898.

< >