v., het regelmatig en dikwijls wisselen van seksuele partner.
Promiscuïteit komt veel voor bij jonge, nog ongehuwde mensen in een maatschappij die dit toestaat, en bij oudere mensen in maatschappijen waar de binding aan één partner tegen de geldende moraal was. Vroegere onderzoekers (Bachofen, Morgan, Engels), meenden dat promiscuïteit oorspronkelijk vrijwel de enig gebruikelijke verhouding tussen de seksen is geweest. Later onderzoek moest deze stelling afwijzen, wat niet inhoudt dat men uit dien hoofde een historisch primaat voor het monogame huwelijk kan claimen. Promiscuïteit is te allen tijde in veel vormen voorgekomen. In maatschappijen waar de seksualiteit een sterk taboe is, handhaafde openlijke promiscuïteit zich vrijwel alleen in de vorm van prostitutie.