Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 13-12-2021

nationaal

betekenis & definitie

bn. en bw.,

1. van een natie als zodanig, daaraan eigen, daarvoor kenmerkend, niet uitheems: de nationale klederdracht; een nationale eigenaardigheid;
2. van, behorend aan of bij een natie als zelfstandige gemeenschap, staats: de nationale vlag; nationale industrie;

volksnijverheid; nationale schuld, staatsschuld; nationale belangen, volksbelangen; nationale vergadering, vergadering van volksvertegenwoordigers; nationale feesten, de nationale feestdag, de viering van bevrijdingsdag (5 mei);

3. wat op een natie in haar geheel betrekking heeft, niet op afzonderlijke personen: een nationale vijand; onze nationale onafhankelijkheid; nationaal budget, raming van de ontwikkeling van de volkshuishouding in een komend jaar; nationaal inkomen;
4. vaderlandsgezind: met nationale gevoelens bezield zijn.