v., kunst om het leven te verlengen; gezondheidsleer.
(e) De macrobiotiek is een ascetische levensleer, ontworpen door de Japanner George Ohsawa. Deze liet zich inspireren door het zenboeddhisme. Op niet-commerciële wijze wordt volgens deze filosofie op beperkte schaal macrobiotische landbouw bedreven. De filosofie houdt in dat het universum wordt beheerst door de wet van de bipolariteit. Elke kracht, elk verschijnsel heeft zijn tegenhanger. In het ideale geval houden beide elkaar in evenwicht. Voor het leven zijn volgens deze filosofie ten minste 81―84 mineralen en andere bio-elementen van belang. Deze elementen worden door een kosmische straling van radioactieve oorsprong in trilling gebracht, d.w.z. met levensenergie geladen. De nu ontstane bio-elementen rangschikken zich in paren (bipolariteit) en tot ketens van paren, die als voorstadia van het leven worden beschouwd. De macrobiotische landbouw is erop gericht door toepassing van bio-elementenpreparaten het verlies aan sporenelementen (mineralen e.a.) dat bij de traditionele landbouwmethoden optreedt, te compenseren. LITT. I.Clausnitzer, Wegwijzer in de makrobiotiek (1971); G.Sams, Goed eten, makrobiotisch (1976).