Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-06-2020

hopperzuiger

betekenis & definitie

m. (-s), baggerschip dat gebaggerd materiaal in eigen hoppers bergt.

(e) Hopperzuigers zijn, behalve met machines voor de voortstuwing, uitgerust met zuigpompen en -leidingen en speciale apparatuur en machines voor het baggeren op de bodem van een rivier of kanaal, het storten van het gebaggerde materiaal in ingebouwde hoppers en het transporteren naar en het lossen van de bagger op de gewenste plaats. De bagger wordt via zuigleidingen die aan de bovenkant met een kogelgewricht aan het schip zijn bevestigd en aan de onderzijde van dreggen voor het contact met de bodem zijn voorzien, omhooggepompt. Deze leidingen kunnen door middel van hijstakels en lieren opgehaald en neergelaten worden. Al naar gelang de grootte hebben hopperzuigers een lengte van 55 -160 m, een hopperinhoud van 400 6200 m3 en een baggerdiepte van 3—20 m. Het vaartuig is van 2 of 3 schroeven en roeren voorzien ter bevordering van de manoeuvreerbaarheid. Tijdens het zuigen bezinken de vaste deeltjes in de hopper en verdwijnt het overtollige water in zee via overloopgoten. Nadat de hopper vol is, worden de zuigleidingen ingehaald en koerst het schip met volle snelheid naar de stortplaatsen (meestal in diep water), waar de bagger wordt gelost door het openen van deuren in de bodem van de hopper.

< >