o. (-en), transportwerktuig voor het discontinu, geleid, verplaatsen van bepaalde hoeveelheden goederen of stortgoed over kleine verticale, soms ook over horizontale, afstanden.
(e) Tot de hefwerktuigen worden gerekend de kleinere werktuigen als →vijzels en dommekrachten, verder hefbruggen en hefkranen (b.v. in magazijnen bestaande uit een platform, verticaal verplaatsbaar langs een of meer leibanen die zelf horizontaal verreden kunnen worden, soms geheel automatisch); autokranen (waarbij de haak direct verbonden is met de hydraulisch beweegbare arm); tillend materieel (voor het optillen en verplaatsen van laadkisten); de verschillende kraantypen waarbij de last (b.v. laadkisten) geleid gehesen wordt. Bij →hijswerktuigen kan de vrijhangende last ongecontroleerde bewegingen in het horizontale vlak maken. zie af
