Deens auteur en theoloog, *8 september 1783 te Udby, ♱2 september 1872 te Kopenhagen. Als aanhanger van het romantisch idealisme interesseerde Grundtvig zich voor oude volksverhalen en volksliederen en vertaalde hij o.a. de Beowulf (1820). Na een religieuze crisis stelde hij niet langer de bijbel, maar de geloofsbelijdenis centraal en plaatste zich zo zowel tegenover de orthodoxe als de rationalistische richting (het zgn. Grundtvigianisme).
Tijdens een verblijf in Engeland (1829—31) leerde hij het liberalisme kennen; hij streefde naar politieke en religieuze vrijheid en stichtte de volkshogeschool, waar zonder dwang, in christelijke geest, kennis en inzicht werden bijgebracht. Grundtvig schreef historische, theologische en mythologische werken en dichtte prachtige psalmen, religieuze en nationale liederen. Hij drukte een stempel op het geestelijke en politieke leven van Denemarken. Werken: ● Nordens Mythologi (1808), ● Sang-Værk til den danske Kirke (5 dln. 1837—81, herdr. 1944 vlg.; kerkliederen). Uitgaven: ● Poetiske skrifter (9 dln. 1880—1930); ● Udvalgte skrifter (10 dln. 1904—09); ● Breve fra og til N.F.S.Grundtvig, door G.Christensen en S.Grundtvig (2 dln. 1924—26); ● Værker i Udvalg (10 dln. 1940—49). LITT. F.Rønning, N.F.S.Grundtvig (4 dln. 1907—14); U.Hansen, Grundtvig’s salmedigtning (3 dln. 1937—66); H.Koch, Grundtvig (1941, 2e dr. 1959; Fr. vert. 1944); P.G.Linhardt, Grundtvig (1964); E. Kløvedal Reich, Frederik (1972); K.Thaning, Der Däne N.F.S.Grundtvig (1972).