Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-07-2019

compliment (kompliment)

betekenis & definitie

[Fr.], o. (-en),

1. beleefde begroeting, betuiging van beleefdheid, vriendschap of eerbied: complimenten wisselen; het van de dag, heilof gelukwensen, m.n. met nieuwjaar; (mv.) vormelijkheid: geen complimenten!, geen plichtplegingen; geen complimenten met iets (of iemand) maken, hem niet ontzien, beslist optreden; zonder veel complimenten, zonder aarzelen, op brutale wijze, zonder zich aan iets te storen; veel complimenten hebben, veel noten op zijn zang hebben, veeleisend zijn; geen complimenten van iemand afwachten, niets van hem afwachten, geen bevelen, aanof opmerkingen van hem dulden;
2. groet die door een tussenpersoon wordt overgebracht: iemand de complimenten van zijn vader overbrengen; als voorafgaande betuiging bij een verzoek of bericht: — van mijn moeder; — aan je baas en zeg hem dat hij naar de pomp kan lopen;
3. vleiende beleefdheid: iemand een (zijn) — maken over (wegens) zijn voortreffelijke spel, zijn uitspraak, hem prijzen, loffelijke woorden zeggen; naar een complimentje vissen, hengelen, het uitlokken; (gew.) complimenten, mooie woorden.

< >