Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 29-12-2018

aardbeving

betekenis & definitie

aardbeving - v. (-en), trilling in de aardkorst die door natuurlijke of kunstmatige oorzaak ontstaat. De natuurlijke aardbevingen hebben in het algemeen een tektonische oorsprong ( zie tektoniek). Ze ontstaan door de plotselinge ontlasting van in de aardkorst en het bovenste deel van de aardmantel opgehoopte spanningen. De zwakke instortingsbevingen en de eveneens zwakke vulkanische bevingen hebben slechts locale betekenis. Kunstmatige bevingen worden veroorzaakt door boven- en ondergrondse kernexplosies en kunnen leiden tot detectie daarvan.

Op grond van de ligging van het uitgangspunt (hypocentrum) kunnen zij worden verdeeld in diepe en ondiepe aardbevingen. Het meest voorkomend zijn de ondiepe aardbevingen waarbij het hypocentrum in de aardkorst of onmiddellijk daaronder in het buitenste gedeelte van de aardmantel is gelegen (niet dieper dan 60 km). Slechts enkele aardbevingen hebben een hypocentrum op enige honderden km diepte. Een aantal aardbevingen rondom de Grote Oceaan hebben diepe hypocentra tot 700 km, die in de aardmantel gelegen zijn.

De seismologie is de wetenschap die zich bezighoudt met de bestudering van de zich golfvormig door de aarde voortplantende aardbevingstrillingen, en wel door middel van het seismogram. De trillingen plaatsen zich als snelle longitudinale en minder snelle transversale golven voort. Een derde klasse zijn de lange golven, die aan de aardkorst gebonden zijn. Zij zijn betrekkelijk langzaam, doch door hun grote amplitudo en de grote versnelling der deeltjes zijn het deze golven, die verwoestend kunnen zijn.

Verspreiding. Niet overal op aarde zijn aardbevingen even talrijk. De belangrijkste epicentra (het centrum van de seismische trillingen aan de oppervlakte van de aarde) strekken zich uit over twee smalle gordels van jonge gebergtevorming (zie alpiene orogenese): de mediterrane en dec de circumpacifische gordel. De mediterrane gordel loopt van de Azoren langs de Middellandse Zee, de Balkan, Klein-Azië, Iran, de Himalaja, Birma, Sumatra, Java naar de Molukken. De circumpacifische gordel loopt om de Grote Oceaan: Filippijnen, Japan, Kamtsjatka, Aleoeten, Noord-, Midden- en ZuidAmerika, Nieuw-Zeeland, Samoa, Nieuwe Hebriden, Nieuw Guinea. In de circumpacifische gordel liggen de hypocentra in een vlak, dat onder ongeveer 45 ° van de diepzeetroggen continentwaarts helt, de zone van Benioff ( zie continentverschuiving). Een derde zone van (ondiepe) hypocentra ligt onder de middenoceanische ruggen.

Sterkte. De sterkte van een aardbeving kan worden beoordeeld naar de toegebrachte schade. Mercalli stelde hiervoor een schaal op, de intensiteit, die nadien door Cancani werd herzien. Toen er metingen, vastgelegd op seismogrammen beschikbaar kwamen, kon de schaal van Mercalli/Cancani worden vergeleken met de versnelling in cm/s2 die de voorwerpen ondergaan. Deze versnelling is bepalend voor de schade.

Met behulp van deze schaal kan men een aarbevingsgebied indelen in zones van gelijke sterkte. Deze zones verkrijgt men door plaatsen met gelijke seismische intensiteit te verbinden door lijnen (isoseisten). Men onderscheidt een macroseismisch en een microseismisch gebied. Binnen het macroseismisch gebied is de trilling voelbaar geweest, daarbuiten registreren alleen instrumenten nog de aardbeving. Een zeer zware aardbeving kan door alle seismografen ter wereld worden geregistreerd. Daarnaast is er een logarithmische schaal, door Richter ontworpen, die de totale energie, die bij een aardbeving vrijkomt, relateert aan de maximale intensiteit in het epicentrale gebied. Dit is de magnitude.

Noch de voorspelling noch de preventie van aardbevingen heeft belangrijke vorderingen gemaakt. De beste voorzorgsmaatregel is, in aardbevingsgebieden met de constructie van gebouwen hiermee rekening te houden.

ZEEBEVINGEN Indien het epicentrum van een aardbeving op zee gelegen is, dan kunnen seismische vloedgolven ontstaan. Hun oorzaak ligt in uitgebreide afschuivingen en verzakkingen op de bodem van de zee. Deze golven doorlopen met zeer grote snelheid de oceanen. Bij grote waterdiepten vindt men snelheden van honderden kilometer per uur. De amplitudo van deze golven is dan enkele dm; de golflengte enkele honderden km. Bij nadering van de kust wordt de snelheid steeds kleiner, echter de amplitudo steeds groter en er ontstaat een alles vernietigende brandingsgolf van enkele tientallen meters hoogte. Gewoonlijk gaat een sterk teruglopen van het zeewater aan de vloedgolf vooraf. Tegenwoordig bestaat er een waarschuwingsdienst voor deze seismische vloedgolven (tsunami’s). Na de zeer zware aardbeving op 22.5.1960 in Chili ontstonden vloedgolven waarvan de nadering in Japan tijdig kon worden aangekondigd. [dr.W.A.Visser] LITT. B.Gutenberg en C.F.Richter, Seismicity of the Earth (1954); J.Veldkamp, Geofysica (1965); A.J.Pannekoek, (red.), Algemene Geologie (1973)

aardbeving.

Tabel 1. Schaal van Mercalli/Cancani intensiteit verschijnselen in het epicentrale gebied versnelling cm/s2 magnitude I Instrumentaal: slechts m.b.v. seismografen waar te nemen < 1 < 2 il Zeer licht: slechts onder gunstige omstandigheden gevoeld 1-2 2,5 in Licht: trilling als van voorbijrijdend verkeer; door enkele personen gevoeld 2-3 IV Matig: door velen gevoeld; ramen en deuren rammelen; trilling als van zwaar verkeer 3-6 3-4 V Vrij sterk: algemeen binnenshuis gevoeld; opgehangen voorwerpen slingeren; klokken blijven stilstaan 6-15 VI Sterk: schrikreacties; voorwerpen in huis vallen om; bomen bewegen; weinig solide huizen worden beschadigd 15-30 5 VII Zeer sterk: schade aan vele gebouwen; schoorstenen breken af; golven in vijvers; kerkklokken geven geluid 30-60 6 VIII Vernielend: paniek; algemene schade aan gebouwen 60-160 7 IX Verwoestend: vele gebouwen zwaar beschadigd; algemene schade aan funderingen; ondergrondse pijpleidingen breken 160-300 7,5 X Vernietigend: verwoesting van vele gebouwen; grondverplaatsingen en scheuren in de aarde; schade aan dammen en dijken 300-600 8 XI Catastrofaal: algemene verwoesting van gebouwen; rails worden sterk verbogen; ondergrondse leidingen vernield 600-1500 8-9 XII Buitengewoon catastrofaal: algemene verwoesting; scheuren in rotsen; verandering van het landschap; talloze aardverschuivingen >1500 datum plaats begeleidingsverschijnselen geschat aantal doden schade 25. 1.1348 Villach (Karinthië) bergstorting 5000 grotendeels verwoest 30.12.1730 Jeddo (Tokio) 135000 ?

1.11.1755 Lissabon (tezelfder tijd te Fez en Meknes, 12,5 m hoge vloedgolf 50000 2/3 van de stad verwoest Mar.)
5.12.1783 Calabrië vloedgolf; kloof van 32 m breed 100000 veel dorpen verwoest 4. 2.1797 Quito moddervloed; aardspleten 40000 7. 2.1812 Maine (VS) drie aardverheffingen (5—7 m hoog) geen 16. 7.1819 Cutch (India) dam in de ‘Runn of Cutch’ (7 m hoog, 90 km lang) 1500 19.11.1822 Valparaiso vloedgolven; kust 2 m op geheven ? stad grotendeels verwoest 20. 2.1835 Concepcion vloedgolven; eerst 1600 m kust drooggelegd, 15 min. later 10 m hoge vloedgolf; kustlijn opgeheven; eil. Santa Maria 3 m opgeheven 9 stad grotendeels verwoest 26. 3.1872 Owens Valley (Cal.) aardverschuiving over 50 km lengte 28.10.1891 Mino-Owari grote aardverschuiving 25000 totaal 15. 6.1896 Sanrikoe vloedgolven; epicentrum in zee 29000 12. 6.1897 Assam golvend aardoppervlak; verschuivingen tot 60 cm hoog 10. 9.1899 Alaska kust 3 —12 m opgeheven elders gedaald; vloedgolven ?
18. 4.1906 San Francisco horizontale bewegingen: bodemgolvingen; aardverschuivingen over 400 km; magn.* 8y 700 stad half verwoest 16. 8.1906 Valparaiso kust over 170 km opgeheven tot 80 cm hoogte ? veel verwoesting 28.12.1908 Messina bodemdaling bij Reggio en in Sicilië; vloedgolven tot 11,5 m hoog; magn. 71/2 86000 veel schade 13. 1.1915 Avezzano (Italië) magn. 7 30000 16.12.1920 Knasoe (China) magn. 81/2 vloedgolven tot 11 m hoog; magn. 8,2 180000 1. 9.1923 Tokio 100 000 600000 huizen door brand verwoest 7. 3.1927 26.11.1930 Tango (Japan) Idoe (Japan) 3000 250 3. 2.1931 Hawke-baai 13 km2 nieuw land; opheffingen tot 3 m hoog 250 26.12.1932 Kansoe (China) magn. 7,6 70000 31. 5.1935 Quetta (Pakistan) magn. 7,5 60000 25. 1.1939 Chilian (Chili) magn. 7,5 30000 27.12.1939 Oost-Turkije aardspleten, aardverschuivingen 23000 veel schade 1. 4.1946 Aleoeten vloedgolf op Hawaii eilanden 200 aardbeving. Tabel2. Belangrijke historische aardbevingen 28. 6.1948 Foekoei (Japan) aardspleten, aardverschuivingen, modderuitbarstingen; magn. 7,3 3800 veel schade datum plaats begeleidingsverschijnselen geschat schade aantal doden 10. 7.1949 Khait (Tadzjikistan, USSR) magn. 7,6 duizenden 25. 8.1950 Assam/Tibet zeer grote veranderingen in het stroomgebied van de Brahmaputra; zwaarste beving van de laatste halve eeuw; magn. 8j 500 13. 8.1951 Kursunlu (Anatolië) zware aardbeving; magn. 6,4 50 3350 huizen verwoest 22.10.1951 Oostkust van Taiwan zware aardbeving 100 18. 3.1951 West-Turkije zware aardbeving 250 12. 8.1953 Ionische eil. zware aardbeving; magn. 6,7 435 25000 huizen verwoest 9. 9.1954 Orleansville (Noord-Algerije) zware aardbeving 1400 9. 6.1956 Afghanistan zware aardbeving 400 9. 3.1957 Aleoeten vloedgolf met schade op Hawaii eilanden ?
29. 2.1960 Marokko zware aardbeving; magn. 5,9 15000 Agadir verwoest 22. 5.1960 Concepción, Valdivia (Chili) aardbevingszwerm; 140 nabevingen tot juni 1961; vloedgolven; magn. 8,3 5700 19. 4.1962 Mexico zware aardbeving 3 grote schade 1. 9.1962 Dousadj (NoordwestIran) zware aardbeving; magn. 7,3 10000 grote schade 21. 2.1963 El Marj (Libië) zware aardbeving 300 26. 7.1963 Skopje (Joegoslavië) zware aardbeving 2000 grote schade 28. 3.1964 Alaska, Anchorage vloedgolven langs westkust van Amerika en op Hawaii; aardbevingszwerm; 300 nabevingen tot 1 april 1964; magn. 8y 114 grote schade 4. 2.1965 Aleoeten aardbevingszwerm; gedurende enkele maanden in Nederland nog nabevingen geregistreerd 9 19. 8.1966 Varto (Turkije) magn. 6,1 2400 31. 8.1968 Kakkak (Iran) magn. 7,3 13000 18. 7.1969 Noordoost-Chi- magn. 7,3 duizenden 28. 3.1970 na Gediz (Turkije) magn. 7,1 1100 31. 5.1970 Huarez, Yungay (Peru) magn. 7,8 70000 22. 5.1971 Bengöl (Turkije) magn. 6,7 1000 10. 4.1972 Chir (Iran) magn. 6,9 5400 23.: 12.1972 Managua (Nicaragua) magn. 6,2 10000 28. 8.1973 Vera Cruz (Mexico) magn. 7,2 600 28.12.1974 Patan (Pakistan) magn. 6,2 5300 9 bergdorpen geheel verwoest *magn. = magnitude

< >