Gepubliceerd op 05-06-2021

Midden-amerika

betekenis & definitie

het deel van het vasteland van Amerika, tussen de Landengte van Tehuantepec in het noordwesten en de inzinking van de Rio Atrato in het zuidoosten, en de eilanden tussen Florida, Yucatan en de Zuidamerikaanse kust. LITTERATUUR.

De litteratuur van de zes Middenamerikaanse staten Honduras, Guatemala, El Salvador, Costa Rica, Panama en Nicaragua kan als een eenheid worden gezien, omdat er tussen deze landen vele, vaak historisch gegroeide overeenkomsten bestaan en er een sterke onderlinge culturele uitwisseling is. Maar er zijn ook duidelijke verschillen qua bevolkingssamenstelling en sociaal-politieke ontwikkelingen die van invloed zijn op de litteratuur. Guatemala is b.v. een overwegend Indiaans land en dat heeft tot gevolg dat de Indiaanse problematiek een belangrijke rol speelt in de litteratuur van het land. Zo heeft Panama zijn specifieke problemen rond het Panama Kanaal, wat zijn weerslag vindt in de poëzie die sterk anti-Amerikaans is.Sinds Rubén Dario kent Nicaragua een sterke dichterlijke traditie die tot op de dag van vandaag voortduurt: zo kwamen er in dat land in de jaren dertig de avantgardisten José Coronel Urtecho, Joaquin Pasos en Pablo Antonio Cuadra naar voren, gevolgd door de generatie van Carlos Martïnez Rivas, Ernesto Mejia Sanchez en Ernesto Cardenal, auteurs van wie de meesten nog steeds actief zijn. Op het gebied van proza duurde het tot de jaren veertig voordat er in deze regio enkele schrijvers kwamen die de moeite waard zijn, zoals de Panamees Rogelio Sinan en de Costaricaan Carlos Luis Fallas. Maar pas toen er in 1945 in Guatemala een democratische regering aan de macht kwam, ontstond er voor het eerst, ook voor de andere Middenamerikaanse letteren, de mogelijkheid tot culturele bloei. Tijdens de Guatemalteekse lente van 1945-54 werden er belangrijke litteraire tijdschriften opgericht, er kwamen vele uitgeverijen, er werden voor het eerst goedkope boeken uitgebracht en belangrijke schrijvers als Miguel Angel Asturias, Luis Cardoza y Aragon en Mario Monteforte Toledo kwamen naar voren. Een zelfde ontwikkeling deed zich in Nicaragua sinds de revolutie van 1979 voor. Ook daar kreeg het proza, dat voorheen slechts door enkelen beoefend werd — met als belangrijkste auteurs Sergio Ramirez en Lizandro Chavez Alfaro -, een nieuwe stimulans. Proza is echter nog steeds een stiefkind in Midden-Amerika: naast de genoemde Nicaraguanen zijn alleen nog vermeldenswaard de Guatemalteek Augusto Monterroso en de Salvadorianen Manlio Argueta en Roque Dalton.

Deze laatste twee zijn echter vooral bekend als dichters en op dat terrein sluit hun werk aan bij de in Midden-Amerika sterk ontwikkelde stroming van de conversatiepoëzie. Deze zeer toegankelijke, sterk politieke en op de spreektaal geënte poëzie kwam aan het eind van de jaren zestig op en kent talloze beoefenaars. De bekendste zijn de Salvadorianen Dalton, Argueta en Alfonso Quijada Urias, de Panamees José de Jesüs Martinez en de Nicaraguanen Leonel Rugama en vooral Ernesto Cardenal. [drs.K.Wellinga]

< >