opluchten - regelmatig werkwoord
uitspraak: op-luch-ten
1. het wegvallen van spanning of zorg
♢ we haalden opgelucht adem toen we hem zagen
Regelmatig werkwoord: op-luch-ten
het lucht op (... het oplucht)
zij luchten op (... zij opluchten)
het luchtte op (... het opluchtte)
zij luchtten op (... zij opluchtten)
het is opgelucht
de/het/een opgeluchte ....
Gepubliceerd op 14-11-2017
opluchten
betekenis & definitie