Wat is de betekenis van SPANT?

o. (-en), 1. tegen nok en gordingen rustende schuine balk, rib of spar van een dak ; 2. kapgebint; 3. (scheepsb.) elk van de gebogen balken of inhouten die de dwarsverbindingen van een scheepsromp vormen, thans metalen profielbalken.

spant - Zelfstandignaamwoord 1. (bouwkunde) spar in een dakconstructie, een dakspar of dakspant 2. (scheepvaart) gebogen onderdeel in een romp die loodrecht op de lengte is aangebracht en voor het dwarsverband zorgt spant - Werkwoord 1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van spannen ♢ Jij...

Houten draagconstructie van een dak.

In zaagmolens, een stel zagen.

Een dakconstructie is opgebouwd uit opstaande stutten van houten of stalen balken, die spanten worden genoemd. Naar gelang de ruimte die overspannen moet worden, zijn de spanten anders van samenstelling. Ook de huidbeplating van een schip wordt aangebracht tegen een soort geraamte van stalen ribben die men spanten noemt. Meestal zijn ze dwarsscheep...

Spant - belangrijk verbanddeel in een vaartuig, waaraan elk der huiddelen bevestigd wordt. Men kan dwars- en langsspanten onderscheiden. Dwarsspanten op kleine onderlinge afstanden bepalen de vorm van de romp. Langsspanten worden vooral toegepast bij seriebouw. Tijdens de bouw wordt een aantal hulpspanten opgesteld. Over deze hulpspanten worden de...

1. (bouwk.) S. vormen de ondersteuning van het dak van een gebouw overdwars. Bij de kas zijn ze meestal van ijzer en dan vaak van I profiel, soms ook van buisprofiel (weinig licht wegnemend), soms van vakwerk. Ook de verwarmingspijpen worden wel als s. gebruikt. Smalle kassen (3 m) zijn veelal zonder spanten (z. ook Kassen).2. (bosb.) Ned. houtsort...

s., spant.

spant.