Kunstgeschiedenis

Amsterdam Boek (1959)

Gepubliceerd op 27-01-2022

Picasso, Pablo

betekenis & definitie

(eig. Pablo Ruiz) (1881-1972), Spaans schilder, tekenaar, grafisch kunstenaar, beeldhouwer, ontwerper voor toneeldecoratie, pottenbakker, ontwerper voor andere takken van kunstnijverheid en dichter.

Een der meest bekende en meest omstreden kunstenaars van deze tijd. Zijn opleiding ontving hij te Barcelona en Madrid. Sinds 1903 voornamelijk werkzaam te Parijs. In de door hem zo genoemde ’blauwe periode’ (manière bleue) van 1901-1904 schildert hij melancholieke kunstenaars, harlekijns e.a. Van 1905 tot 1907, ’de roze periode’ (manière rosé), waarin zijn stijl wat milder, zachter en vloeiender wordt, schildert hij Spaanse en Parijse volkstypen o.a. acrobaten en muzikanten, waarbij men de invloed van El Greco en Toulouse Lautrec kan waarnemen. Van 1907 tot 1908 onder invloed van Cézanne en de negerkunst, de zgn. ’negerperiode’, waarbij al sporen van het kubisme aan de dag treden. Tot 1917 is hij de leider van het kubisme en schildert dan stillevens met muziekinstrumenten, portretten en figuurstukken. Van 1917 tot de Spaanse Burgeroorlog is hij neoklassicist van uiterst persoonlijke vormgeving. Onder de indruk van de Spaanse Burgeroorlog schildert hij, wat door velen als zijn meesterwerk wordt beschouwd: ’Guernica’ in felle zwart-wit contrasten, waarin hij zijn haat tegen de oorlog uitschreeuwt. Zijn werk is nu expressionistisch. Na de Tweede Wereldoorlog schildert hij eerst macabere onderwerpen en daarna experimenteert hij als graficus, pottenbakker, beeldhouwer en ontwerper van theaterdecors. Sedert 1948 woonde hij te Antibes, waar hij vele schilderstukken, geïnspireerd door de Middellandse Zee, vervaardigde, zie twintigste eeuw – eerste helft – schilderkunst – Frankrijk.