Gepubliceerd op 11-11-2021

teken

betekenis & definitie

o. tekens, verheven inz. in bet. 1 en 9 tekenen, tekentje (in het alg. zinnelijk waarneembare aanduiding, openbaring van iets; inz 1 blijk, symptoom, verschijnsel, uiting; 2 voorteken, voorspellend teken; 3 zinnebeeld, symbool; 4 voorwerp, meegedragen, figuur aangebracht of door een beweging aangegeven om iem. of iets aan te duiden; 5 leesteken; figuurtje om de zin te verduidelijken bij het schrijven of drukken, zekere letters van elkaar te onderscheiden; 6 nabootsende, gelijkende figuur van iem. of iets; afbeelding; 7 een beweging in de vorm van een zekere figuur of een handeling; 8 hoorbaar, zichtbaar of hoorbaar middel om iets te kennen te geven inz. sein, signaal; 9 wonder[teken]; 10 sterrenbeeld; 11 in bepaalde verbindingen):

1. (g)een teken van leven geven; een teken van gezondheid; dat is een teken, dat hij niet tevreden is; een teken des tijds, waaruit men de tijd leert kennen; een goed, kwaad teken;
2. de tekenen van den Antichrist; zij wachtte, of God een teken gaf;
3. gij blijft ons een teken, o heilige vlag van Trouw en van Vroomheid en Moed;
4. de strepen, het teken van den korporaal; geen tekens of vouwen in het boek maken; de tekens + en - ter aanduiding van positief en negatief; het teken < in de taalkunde duidt aan „ontstaan uit”;
5. de tekens of leestekens plaatsen; het teken ^ op de a;
6. waarop geborduurd waren de tekens van de dierenriem; het teken des kruises;
7. het teken des kruises maken;
8. door tekens iets aanwijzen; taal noch teken geven; op het afgesproken teken; een teken geven; een stoot op de hoorn zal het teken zijn;
9. de tekenen, die God door hem deed;
10 de zon staat op 22 Dec. in het teken van de Steenbok; fig. de taal staat in het teken der samenstellingen (germ.);
11. ten teken van (of: dat), tot (een) teken van (of: dat), ten bewijze, als bewijs, als blijk, om .... te tonen.