Gepubliceerd op 11-11-2021

oude

betekenis & definitie

1 m. en v. -n (bejaarde; bij uitbr. vader; scheepst. schipper, kapitein; ook: directeur, bestuurder): spreekw. zie piepen; de ouden, Grieken en Romeinen; zie ouwe; ik ben weer de oude, zoals ik vroeger was; 2 o.: alles bij het oude laten, niets veranderen;

3 v. (Z.-N., vero. ouderdom).