Definities van Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal in de Ensie W
- werplijn
- werplood
- werpnet
- werpschicht
- werpschijf v. werpschijven; zie d i s c u s
- werpspeer
- werpspel
- werpspiets, werpspies
- werptol
- werptros
- werptuig o. werptuigen (toestel, waarmee voorwerpen geslingerd worden; ook: het weggeslingerde projectiel): de blijde was een werptuig
- werst
- Wertheriaans
- wervel
- wervelen
- wervelkolom
- wervelwind
- werven
- werwaarts
- werzel
- werzelen
- werzelgat
- weshalve
- Wesleyaan
- Wesleyaans
- wesp
- wespendief
- wespennest
- wespesteek
- west
- West-Friesland
- West-Indië, Westinje
- West-Vlaanderen
- westeinde
- westelijk
- westelijken
- westen
- westenwind
- Westergoo
- westergrens
- westerkim
- Westerkwartier
- westerlengte
- westerling
- westers
- Westerwolde
- westerzon
- Westfries
- Westindiëvaarder, Westinjevaarder
- Westindisch
- Westinghouse-rem
- Westinje
- Westland
- Westlander
- westmoesson
- westnoordwest
- westpunt
- Westvlaams
- westwaarts
- westzuidwest
- weswege
- wet
- wetb
- wetboek
- weten
- wetens
- wetenschap
- wetenschappelijk
- wetenswaardig
- weteren
- wetering
- wetgeleerde
- wetgevend
- wetgever
- wetgeving
- wetheer m. wetheren (Z.-N. gew. gemeenteraadslid)
- wethouder
- wethouderschap
- wetleer
- wetplank
- wetpriem
- wetschennis
- wetsherziening
- wetsinterpretatie
- wetsontwerp
- wetsovertreding
- wetsrol
- wetstaal
- wetsteen m. wetstenen (steen, waarmee men iets scherpt; fig. wat het verstand, het oordeel scherpt)
- wetsverandering
- wetsverkrachting
- wetsvoorstel
- wetswijziging
- wettelijk
- wetteloos
- wetteloosheid
- wetten
- wettenverzameling
- wettig
- wettigen