Definities van Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal in de Ensie V
- verpachting
- verpaft
- verpakken
- verpakking
- verpanden
- verpast
- verpatsen
- verpersoonlijken
- verpersoonlijking
- verpesten
- verpestend
- verpieterd
- verpijnen, zich
- verplaatsen
- verplaatsing
- verplanten
- verpleegde
- verpleegster
- verplegen
- verpleger
- verpleging
- verplegingsdienst
- verplegingstrein
- verpletten
- verpletteren
- verplicht
- verplichten
- verplichtend
- verplichting
- verplooien
- verponding
- verpoppen
- verpoten
- verpotten
- verpozen
- verpozing
- verpraten
- verprossen
- verprutsen
- verpulveren
- verraad
- verraadster
- verraden
- verrader
- verraderlijk
- verrassen
- verrassend
- verrassing
- verregaand
- verreiken, zich
- verrekenen
- verrekening
- verrekenpakket
- verrekijker
- verrekken
- verrekking
- verrel
- verreweg
- verrichten
- verrichting
- verrijden
- verrijken
- verrijking
- verrijzen
- verrijzenis
- verrimpelen
- verroeren
- verroest
- verroesten
- verroken
- verronselen
- verrossen
- verrot
- verrotten
- verrotting
- verrottingsproces
- verrückt
- verruilen
- verruimen
- verruiming
- verrukkelijk
- verrukken
- verrukking
- verrukt
- verrunselen
- vers
- versaagd
- versagen
- versbouw
- verschacheren
- verschaffen
- verschaffing
- verschalen
- verschalken
- verschansen
- verschansing
- verscheen
- verscheiden
- verscheidenheid
- verschelen