(geneesk.), chem. form. ZnO (→ Zink).
Bij de bereiding van geneesmiddelen mag slechts het zuivere, door een zeef B40 gezifte z. gebruikt worden. Z. worden zelden inwendig, o.a. tegen epilepsie, veelvuldig uitwendig toegepast, bijv. gemengd met talk als strooipoeder bij natte eczemen, op brandwonden met veel afscheiding, tegen smetten, verder in vsch. zalven, o.a. zinkolie, wit zalfachtig mengsel van zinkoxyde en sesamolie, gebruikt bij de huidverzorging van kinderen; zinkzalf, witte zalf, bestaande uit z. en witte vaseline; zinkpasta, stijf, wit, zalfachtig mengsel van z., tarwezetmeel en gele vaseline; Lassar’s zinkpasta, zinkpasta gemengd met salicylzuur.Lit.: Ned. Pharm. (51926). Hillen.